Publicaties

De import van papegaaien, een fatale fascinatie.


De Import van Papegaaien, een fatale fascinatie

 

Door Drs. Roelant Jonker, Team Araproject 2004

 

 

De mens heeft al sinds de oertijd een niet-aflatende fascinatie voor papegaaien gehad. Veel natuurvolkeren houden ook nu nog papegaaien als bron van kleurrijke veren, om hun komische spraakvermogen en gewoon voor de gezelligheid. In Europa, waar papegaaien van nature niet voorkomen, worden papegaaien voor het eerst bekend door de opmars van Alexander de Grote (356-323 v. Chr.) naar India. Het waren zijn mannen die de eerste papegaaien mee terug brachten naar Europa. De Alexanderparkiet (Psittacula eupatria) draagt nog steeds de naam van deze Griekse veldheer. Vanaf de 15de eeuw, met de handel op de Oost en de ontdekking van de Nieuwe Wereld, werden er meer en meer papegaaiachtige bekend in Europa. Maar pas toen het international vliegverkeer zich over de continenten uitstrekte werden papegaaien massaal naar Europa en de rest van de westerse wereld gehaald. De efficientie van het hedendaagse vliegverkeer blijkt uit het feit dat er nu meer papegaaien voorkomen in gevangenschap dan er nog rondvliegen in de natuur.

 

Wetenschappelijk aangetoond

Papegaaien zijn de meest bedreigde vogelfamilie. Van de ongeveer 330 soorten papegaaien zijn er 95 die worden bedreigd en zijn reeds 11 soorten uitgestorven. De hardste klappen vallen met het kappen van  hun leefgebied. Maar de internationale handel heeft ook een groot aandeel in de teruggang van papegaaien. Hoe groot precies die impact is bleek toen bioloog Timothy F. Wright onmiskenbaar duidelijk maakte dat papegaaien aan het uitsterven waren als gevolg van de handel. Timothy had andere papegaaienonderzoekers gevraagd hoeveel nesten met jongen verdwenen door toedoen van stropers. Drieentwintig studiegroepen droegen bij aan dit onderzoek. Samen onderzochten zij 4024 nesten. Gemiddeld 30% van de nesten in deze studie werd geroofd door stropers, vaak zelfs meer dan 70%.

Percentages die voor geen enkele populatie te dragen valt. Zonder maatregelen is het dus enkel een kwestie van tijd voordat deze populaties verdwijnen.

 

Moordende concurrentie

De vangstwijze van de jagers is niet alleen funest voor de directe slachtoffertjes maar werkt door in toekomstige generaties. Papegaaien zijn zogenaamde holenbroeders. Ze leggen hun eieren in holtes van bomen, rotsspleten of termietenheuvels. De makkelijkste manier om een papegaai te vangen is door de boom waarin de jongen zitten te kappen en de jongen uit de nestholte te hakken. De papegaaien zijn dan nog jong. Dat is gunstig voor de handel.

De misvatting in het westen dat alleen jonge vogels tam te maken zijn is even hardnekkig als onjuist. Maar lang niet alle bomen in het bos hebben holtes. Geschikte holtes zijn zelfs erg zeldzaam, alleen oude bomen zijn groot genoeg om grote papegaaien als ara's te kunnen huisvesten. De concurrentie is daarom ook letterlijk moordend. Bij ara's is bekend dat broedrijpe paartjes soms dagenlang vechten om een geschikte boomholte te bemachtigen. Ze schuwen er zelfs niet voor om halfwassen kuikens van soortgenoten te doden en uit het nest te slepen als de ouders weg zijn om eten te verzamelen voor hun kroost. Allemaal voor die ene kans eieren te kunnen leggen. Door het omkappen van de nestbomen wordt deze onderlinge concurrentie sterk verergerd.

Onder normale omstandigheden gaat een nestboom jaren mee. Maar als de bomen onder handen zijn genomen door stropers zijn ze niet meer geschikt om in te broeden. Een hele generatie papegaaien wordt zo een nestplek ontnomen. Hierdoor ontbreekt het 90 % van de volwassen vogels aan nestplaatsen.

 

Vergrijzing

De hoge leeftijd die papegaaien kunnen bereiken speelt, paradoxaal genoeg, in hun nadeel. Uit tellingen kan de schijn ontstaan dat de populatie stabiel is terwijl er al jaren geen jonge vogels meer zijn geboren. Het aantal vogels blijft gelijk maar vergrijst. Tot plotseling die oude generatie gaat sterven en er geen nieuwe generatie blijkt te zijn om het stokje van hen over te nemen. In de landen waar de papegaaien vandaan komen leid dit tot verwarring. Op het oog lijkt de populatie gezond maar in feite is zij al aan het uitsterven.

Export quota's van papegaaien worden zodoende door beleidsmakers te groot beraamd en papegaaien verdwijnen zo uit verder nog gezonde bossen.

 

Niks zachtzinnig

Niet alleen het uitsterven van deze fraaie kunststukjes van de natuur stoot natuurbeschermers tegen de borst. Het welzijn van de vogels die in de handel terecht komen is bedroevend. Bomen worden omgekapt en jongen uit hun nesten gehakt. De jongen die dat overleven worden in leven gehouden met een soort maispap, die met een oude ketchup knijpfles hun krop wordt ingespoten. Tussenhandelaren kopen de vogels van dorpelingen en verkopen ze weer door. Uiteindelijk komen ze zo bij een exporteur.

Van de jongen sterft 60 % nog voor ze op het vliegtuig gaan. Een enorme verspilling van leven: helemaal als je bedenkt dat er in Europa een overschot aan papegaaien is.

De laatste twintig jaar is de kweek in gevangenschap met sprongen vooruit gegaan.

Waren er vroeger alleen een handje vogelzaad en water, nu zijn er wetenschappelijk ontwikkelde pellets -een soort geperste hondenbrokken- speciaal samengesteld naar de behoefte van papegaaien. Ook de huisvesting is in veel gevallen verbeterd. In plaats van in een klein kooitje of de verschrikking van een ketting, zitten papegaaien bij veel kwekers nu in ruime volieres waarin de vogels lekker kunnen vliegen. Deze ontwikkelingen hebben hun vruchten afgeworpen: papegaaien worden nu met duizenden per jaar gekweekt. Waarom zou men dan nog papegaaien uit de natuur halen? Het antwoord is simpel: het is goedkoper. De papegaaiensnavel bestendige volieres zijn niet goedkoop en ook aan die pellets hangt een prijskaartje. Daar komt nog bij dat veel papegaaien pas na vier jaar geslachtsrijp worden. Je moet een paartje dus vier jaar lang voeren voordat je jongen mag verwachten. Dat loopt nogal in de papieren. Dat zie je terug in de prijs van gekweekte papegaaien.

Papegaaien uit de import zijn al met al honderden euro's goedkoper.

 

Wetten helpen

Het ziet er dus slecht uit voor papegaaien. Timothy F. Wright had echter ook goed nieuws. De data die hij verzameld had liet ook het effect zien van de Wild Bird Conservation Act uit 1992 in de Verenigde Staten. Door deze wetswijziging verbood de VS papegaaien en andere vogels te importeren. Uit de data kwam duidelijk naar voren dat direct na de invoering van de wet het stropen van jonge papegaaien afnam. De wet in Amerika droeg dus wel degelijk bij aan de bescherming van papegaaien in de natuur. Europa heeft tot nu verzuimd een dergelijke maatregel te treffen. Met als gevolg dat de internationale handel hier naartoe is verschoven. Europa is nu de grootse markt voor dit internationale dierenleed.

 

 


Share our website